zondag 24 juni 2012

De filosofie van de heuvel. Ilja Leonard Pfeijffer en Gelya Bogatishcheva

[de moderne mens] '...is een wereldburger zonder besef van de omvang van de wereld. Hij heeft het oeroude verbond van plaats en tijd verbroken. Zijn besef van afstand is rudimentair geworden. De enige keer dat hij ervaart hoe lang tien kilometer is, is als er tien kilometer file staat. Voor hem bestaat er geen weg meer, alleen maar bestemmingen. En omdat elke bestemming even bereikbaar is, zijn alle bestemmingen inwisselbaar. Hij hoeft de berg Fuji niet meer te beklimmen, want hij kan zich met een vliegtuig, hogesnelheidstrein en kabelbaan laten teleporteren naar de top.' (p. 44)

'Laten we de volgende keer een boek van Pfeijffer lezen', zei de grootste Pfeijffer-specialist van onze leesclub en misschien wel van Nederland. Ai, dacht ik en ik haalde me de discussies voor de geest die ze met een andere veel te slimme leesclubgenoot voerde over Pfeijffers werk. Voor mij is Pfeijffer redelijk onbegrijpelijke materie. Ik geeft het toe. 'Nee, dit is anders', zei ze. Gelukkig kan ik vertrouwen op de keuze van mijn vrienden. Literatuurwetenschap en filosofie bedrijven doen ze op de universiteit, in hun vrije tijd mag het toegankelijker zijn. 

De filosofie van de heuvel van Ilja Leonard Pfeijffer (tekst) en Gelya Bogatishcheva (fotografie) blijkt een heerlijk fietsboek en een feest der herkenning. Pfeijffer en de Russische fotografe Bogatishcheva lopen elkaar in Leiden tegen het lijf en besluiten samen naar Rome te fietsen. Niet na maanden voorbereiding, maar gewoon op 1 juni om kwart voor vier op een aftandse wielrenfiets, met een rugzakje en twee fietstassen. 
'Dat is misschien het andere aspect dat onze reis speciaal maakt: we zijn totaal onvoorbereid vertrokken, conform Gelya's vrolijke flodderfilosofie van 'prosta tak'. In haar ogen gebeurt alles wat waardevol en belangrijk is 'gewoon zo'. (p. 5)

De fietsreis van ruim veertig dagen wordt door Pfeijffer per dag beschreven en gelardeerd met de geijkte fietsvakantiefoto's waar ik zelf boeken vol van heb. Wat maakt dit reisverslag dan anders dan de andere boeken van buitensporters? Alles. Pfeijffer is een literator met een geoefende pen. Alleen al dat. Daarnaast schuwt hij zelfspot niet en heeft hij zijn ego - als hij dat al heeft - achtergelaten in Nederland. De filosofie van de heuvel is vooral een gelukzalig boek over vrijheid op de fiets voor reizigers voor wie het om de weg gaat en niet om het doel. Ik kan niet wachten om mijn tassen weer op mijn fiets te binden. 

zondag 10 juni 2012

Mijnheer Tip is de dikste mijnheer. Anton Koolhaas

''Alles kits?'
Met die vraag begroette het varken Tip des morgens ieder van zijn medevarkens in het hok. Tip was een jong en vrolijk varken en als hij de vraag gesteld had, keek hij de ander van onder zijn wat koddig naar voren gehouden oren vandaan komiek vorsend aan, totdat het antwoord kwam.' (p. 458) 

Na het avontuur van de literatuurcolleges afgelopen voorjaar aan de Radboud Universiteit, waarin ik in hoog tempo enkele forse boeken doorploeterde, was ik toe aan een kort verhaal. In mijn lievelingsboek voor het korte verhaal De Nederlandse en Vlaamse literatuur vanaf 1880 in 250 verhalen (samengesteld door Joost Zwagerman) sloeg ik Mijnheer Tip is de dikste mijnheer van Anton Koolhaas (1912 - 1992) open. 

Mijnheer Tip... begint als een vrolijk kinderverhaal. Mijnheer Tip groet de varkens, praat even met de mopperende beer en grapt met de jongste biggen van het hok. Elke dag wordt er met het dikste varken een spel gedaan waarbij de anderen tegen hem oprennen alsof het een stoottkussen is. Eens in de paar dagen komt de boer om het dikste varken weg te halen. Niemand weet waar dat varken dan blijft, behalve de beer die op die dagen extra chagrijnig is. 
Het duurt niet lang of Tip is het dikste varken. De kleintjes zingen en joelen maar Tip is bezorgd. Van de beer wordt hij niet wijzer. Als de boer hem komt halen, richt hij zijn kop op zoals geen ander varken deed en rent hij  gewillig de stal uit, de loopplank van de vrachtwagen op.

Anton Koolhaas was voor mij een onbekende. Hij was journalist, begaf zich in de toneel- en filmwereld en schreef veel over dieren met menselijke eigenschappen. Dat laatste komt prachtig naar voren in Mijnheer Tip... De kracht van het korte verhaal weet Koolhaas goed te benutten. Wat begint met vrolijkheid gaat bijna ongemerkt over in de wreedheid van het lot van varkens. Wees gewaarschuwd dus: lees het niet zomaar aan de kleintjes voor.