Nooit eerder herlas ik een boek. De reden daarvoor is simpel: op mijn verlanglijstje staan zoveel boeken die ik graag wil lezen, dat ik met mijn beperkte leestijd misschien in het bejaardenhuis toekom aan boeken voor de tweede keer. En alleen de echt heel bijzondere dan.
De brief voor de koning van Tonke Dragt is een uitzondering. En dat verdient het boek. Vroeger las ik het. Hoe oud zal ik zijn geweest? Een jaar of tien. Elke drie weken op de fiets naar de bieb met een stapeltje gelezen boeken onder mijn snelbinders. Gauw inleveren en -hup- naar de jeugdafdeling voor een verse oogst leesvoer. Mijn zusjes en ik telden of we samen wel het toegestane maximum te lenen boeken hadden verzameld en beoordeelden ook elkaars keuze om thuis voldoende leeszekerheid te hebben. Vette vlekken, platte vliegjes en snot van andere kinderen in de boeken deerden me niet. Ik las.
De sfeer van De brief voor de koning is me bijgebleven. Voor deze zomer kocht ik een eigen exemplaar met de prachtige tekeningen van Tonke Dragt. Ik las kalm, bestudeerde de landkaart bij elke avontuur van Tiuri en waande me opnieuw in het Rijk van Dagonaut, de grote bergen en het Rijk van Unauwen. Een heerlijk boek voor zomerdagen.
Uiteraard heeft Dragt een boodschap voor haar jonge lezers, die ook voor volwassenen actueel is. Kies je eigen weg, leg die met dapperheid en vertrouwen af en wees verantwoordelijk voor de consequenties ervan. Als je de zuivere weg kiest, zal eer je uiteindelijk ten deel vallen.